Landstede Groep
   
Jaargang 4 | Editie 8 | Archief 2015 - 2019
Column: Standplaats Jakarta

Kerstmis in Indonesië

Birgitta geniet enorm van kerst in Indonesië, wanneer het hele gezin weer even compleet is. De vraag is of het dit jaar weer zo’n feest wordt.

Alles is klaar. De palm in de tuin is versierd met gouden ballen en lichtjes. Er staat een grote pot met witte orchideeën op tafel. De reis is geboekt, de soto ayam zit in de pan en wij staan al een uur te wachten bij de aankomsthal van het vliegveld, Sukarno-Hatta in Jakarta. We rekken onze nekken. Al een tijdje komen er duidelijk Nederlandse types naar buiten, lang, met grote rugzakken en pakken, korte broeken en blote bloesjes, maar onze kinderen zitten er nog niet bij. Tot ineens…. Ja! Daar zijn ze, de twee jongens en twee meiden die bij ons horen. Een beetje bleek na de lange reis, nog met de Nederlandse wintersfeer om zich heen, maar blij, opgetogen, ontroerd. We zijn weer bij elkaar.

De lange rit door het dichte avondverkeer in Jakarta wordt moeiteloos gevuld met verhalen. En aankomen is inmiddels ook voor hen al thuiskomen, want het is dit jaar de derde keer dat we samen de decembermaand in Indonesië doorbrengen. Ze zoeken hun kamers op, de hond springt blij om ze heen. Even later zitten we samen op de veranda om de grote tafel. Het zachte licht schijnt op hun gezichten. Alsof ze nooit weggeweest zijn. Later die avond vieren we inhaal-Sinterklaas. Een berg cadeautjes en nu geen gedichten maar wel lieve briefjes. En dan uiteindelijk toch naar bed.

De weken die volgen reizen we samen door Indonesië. Er bestaat geen mooier vakantieland. We trekken door de jungle in Sumatra en komen orang-oetangs en heel veel andere apen tegen. We brengen de nacht door in de jungle en zingen samen met onze gidsen terwijl de tropische regen op het dak van onze hut roffelt. We beklimmen de Borobudur in de buurt van Yogyakarta en bekijken de prachtige, levendige reliëfs. We trekken door de groene rijstvelden van Bali. We snorkelen en duiken bij de kleurige koralen van Bunaken, noord Sulawesi. We brengen een oudejaarsnacht door op een plat dak in Berastagi, een plattelandsstadje op Sumatra, waar iedereen vroeg naar bed lijkt te gaan en verder niets te doen is.

We maken ons eigen feest. De kinderen regelen het sfeerbeheer met meegebrachte kerstlichtjes, er is muziek, we halen bier en al gauw komen een paar andere gestrande reizigers er ook bij. We dansen tot diep in de nacht, op de achtergrond de vulkaan die speciaal voor ons een lichtend pad van lava langs zijn helling naar beneden laat stromen. En nog zo veel meer avonturen. Maar vooral… we praten met elkaar, we doen dingen samen, we zijn bij elkaar en voelen ons verbonden.

We zeggen tegen elkaar dat we dit nooit zo zouden meemaken als Peter en ik niet in Jakarta woonden. Het maakt het afscheid, dat onvermijdelijk ook weer komt, toch goed, hoe moeilijk ook.

Dit jaar komen de kinderen voor het eerst niet. Studie, gezondheid, werk… Het gaat niet lukken dit keer. We zijn er allemaal door van slag. Maakten we vorig jaar nog vrolijke plannen voor de volgende reis, nu blijkt ineens dat het toen de laatste keer is geweest… Hebben we wel goed genoeg opgelet, genoeg genoten? (Dat denk ik trouwens wel). De kinderen hebben al afgesproken dat ze met z’n vieren een Nederlands kerstdiner gaan organiseren. Peter en ik zijn nog een beetje ontheemd… Geen kerstpalm, geen orchideeën, geen grote reis, maar misschien toch wel een klein troosttripje. En als we dan ergens omhoog kijken naar de sterrenhemel, heffen we het glas en zeggen: ‘Zalig kerstfeest, lieve kinderen, zalig kerstfeest iedereen!’




Vorige
Volgende
1 2 3 4 5 6 7 8 9