Landstede Groep
   
Jaargang 2 | Editie 3 | Archief 2015 - 2019
wisselcolumn

Groentje

Tom Wildvank (32) verruilde vorig schooljaar een baan in de journalistiek voor die van docent Nederlands op TalentStad. In zijn column beschrijft hij één van zijn beginnersfouten als onderwijsgroentje.

‘Mogen we ook samenwerken, meneer?’, vroeg Bram kort nadat ik de leerlingen aan het werk had gezet met de stof voor vandaag. Taaie stof, eerlijk is eerlijk. Voor hen lag het tekstboek Nederlands opengeslagen en dat zag er weinig uitnodigend uit. Althans, voor een vmbo-leerling: pagina’s vol zinnen doorspekt met persoonsvormen, onderwerpen en gezegdes. Aan hen de taak deze op te sporen. Geen sinecure. Even liet ik de vraag bezinken. ‘Natuurlijk, Bram!’, besloot ik. En terwijl ik de voorbeeldzinnen van het whiteboard veegde, verheugde ik me stiekem al op de opbrengst van het coöperatieve leren van Bram en zijn buurman Mike.

Zelfgenoegzaam liep ik mijn rondjes door de klas. Aanwijzinkje hier, schouderklopje daar. Je kon een speld horen vallen. Hier werd gewerkt, zoveel was duidelijk. Vanuit een ooghoek zag ik de eerste rijtjes in het schrift van Bram verschijnen. Mike bladerde alvast verder. Dat zat wel goed. En snel wendde ik me weer tot andere leerlingen, waarvan ik vermoedde dat ze wel een beetje extra instructie konden gebruiken. Na een klein halfuur gingen twee vingers de lucht in: de vrienden waren klaar. Of ze iets voor zichzelf mochten gaan doen. ‘Prima!’. En of muziek luisteren op de telefoon voor een keer goed was... Tevreden als ik was met het werk van de heren gaf ik toestemming. ‘Vooruit, als beloning, omdat jullie zo goed samengewerkt hebben!’

Het lesuur naderde zijn einde. Het gros van de leerlingen was nog niet toe aan de laatste opdracht. Dat betekende huiswerk voor de komende les. Vlak voor de bel deelde ik ten overstaan van de klas nog even een welgemeende pluim uit aan Bram en Mike.

Een dag later. Op het programma stond een klassikale bespreking. De schriften kwamen op tafel. Zo links en rechts hoorde ik een aantal leerlingen zuchten over hoe veel het was en hoe lang ze werk gehad hadden aan de resterende opdrachten. Bram en Mike niet. Zij keken me triomfantelijk aan. ‘Goed, Mike’, begon ik mijn les, ‘leg jij ons eens even uit wat de persoonsvorm is van zin één.’
Mike: ‘Daarvoor moet u bij Bram zijn, meneer.’ Al snel werd me duidelijk dat de heren er een andere visie op coöperatief leren op nahielden.  ‘Wij hebben de opdrachten verdeeld en allebei de helft gemaakt…’ 




Vorige
Volgende
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10