Anderstalige Entree-studenten maken stripboekje

Artikel als PDF

Wie Nederlands geeft aan anderstaligen weet het: je moet een flinke dosis creativiteit, flexibiliteit en inlevingsvermogen hebben. ‘En je moet differentiëren’, zegt Petra. ‘De anderstalige Entree-studenten hebben allemaal een verschillend taalniveau en ook een verschillend intelligentieniveau. Het zijn mensen die verder willen leren op niveau 2 of 3, maar eerst nog de Nederlandse taal moeten bijspijkeren.’

Met een gewoon lesprogramma ben je er niet, je moet creatief weten te zijn. ‘Dus ik werk niet met een standaardboek. Ik kijk wat ze nodig hebben en daar baseer ik de lessen op. Daarbij laat ik de studenten elkaar helpen. Soms haal ik lessen uit bestaande programma’s, soms verzin ik zelf methodes. Zoals het stripboekje. Ik had wat plaatjes verzameld waarbij studenten die tijd over hadden, een verhaaltje konden maken. Ze vonden het zo leuk en het bleek zo leerzaam, dat we het met de hele klas hebben opgepakt.’

Dankbaar

Ayaan Elmi (19) is drie jaar geleden vanuit Somalië naar Nederland gekomen. Het praten gaat goed. ‘Maar het schrijven vind ik wel heel moeilijk hoor, en ook de grammatica’, vertelt ze. ‘Gewoon een boek lezen vind ik ook nog erg moeilijk. Terwijl ik in Somalië heel graag las.’

Ze heeft een dag per week les van Petra en loop stage bij Woonzorgcentrum De Esdoorn. ‘Ik help oude mensen en ik praat met ze, dat is hartstikke leuk. En daar leer je ook van.’ Ze is blij met de Entree-lessen. ‘Het zijn goede lessen. En het is hier ook gezellig. We hebben samen het stripboekje gemaakt, dat was mooi. Het ging over een zieke baby en over een man die zichzelf wilde vermoorden. Dat soort dingen gebeuren, het hoort bij het leven.’ Ayaan doet binnenkort examen en dan wil ze verder leren. ‘Ik weet nog niet of ik visagie zal doen of zorg en welzijn. Daar moet ik nog tussen kiezen. Ik heb hier veel geleerd. Ik ben dankbaar.’

Taal en cultuur

‘Op 4 april 2013 ben ik naar Nederland gekomen’, vertelt Xuseen Abdulahi (19). ‘Daar had ik een mbo-handelsopleiding gedaan, maar dat diploma geldt niet in Nederland. Dus moest ik opnieuw beginnen. Eerst moest ik de taal leren. Nederlands is moeilijk, maar het gaat steeds beter. Je leert op Entree niet alleen de taal, maar ook de cultuur. Dat je bijvoorbeeld op tijd moet komen. En je afspraken na moet komen. Bij Petra kom ik nooit te laat. Ik vind deze lessen leuk. Soms help ik andere studenten met opdrachten, dan loop ik een rondje. Kijk, ik snap goed wat zij moeilijk vinden. Maar ik moet natuurlijk mijn eigen dingen ook doen.’

‘We leren veel van elkaar’

Het stripboek maken vond Xuseen heel leuk. ‘Je praat over interessante dingen. Eén verhaal gaat over een watje die alleen maar in bed wil blijven liggen. Een ander verhaal gaat over een man die zelfmoord wil plegen, maar het touw breekt. Ik denk als moslim dat zijn tijd dan nog niet gekomen is. Daar geloof ik in. Ik geloof ook dat als je boos bent, je aan God en de goede dingen moet denken. Dan vergeet je waarom je boos was. God heeft mij lief. Kijk, over dat soort dingen praat je anders niet zo gauw met elkaar. Maar door het stripboekje wel. We leren hier heel veel van elkaar.’

Petra is het er helemaal mee eens. ‘Het is wederzijds. Zij leren niet alleen van mij, ik leer ook van hen. Het verruimt je blik om met andere culturen kennis te maken. En op deze manier lesgeven doet een beroep op je eigen talenten, je creativiteit en inventiviteit, dat is ook heel leerzaam. Zoiets leer je niet op de docentenopleiding.’

Publiceren

Het liefst zou ze het stripboekje willen publiceren. ‘Het laat zo duidelijk zien dat deze anderstalige mensen kansen en talenten hebben. Dat ze heel gemotiveerd zijn om aan hun toekomst te werken en om zich te ontwikkelen, vanaf welk niveau dan ook. Met het boekje kunnen we ook laten zien hoe vindingrijk en enthousiast Landstede deze mensen verder helpt. Hoe we ze op allerlei manieren de kans bieden om mee te doen aan de samenleving. Dat is iets wat ik graag zou willen uitdragen.’